Potami: op weg naar de waterval

In het noord-westen van Samos stroomt een beekje met stroomopwaards een waterval. Ik was er al eens geweest, zo’n pakweg 25/35 jaar geleden dus dat mocht wel weer. Indertijd was ik er in mijn eentje, en ik was verbijsterd wat ik vond: in het water zag ik een Nederlandse rijksdaalder liggen!! Die heb ik meegenomen, heb net even gekeken of ik hem nog had. Ik heb vroeger een tijdje wat munten verzameld, alhoewel niet fanatiek, en dit is iets wat je natuurlijk niet weggooit, dus die moet in dat muntendoosje zitten. En ja hoor, een Nederlandse rijksdaalder, maar uit 1847, en dat kon ik me niet herinneren. Nog even verder gekeken en ik vond een stuiver in de vorm van een klein dubbeltje uit 1859 met Willem III, een vierkante zilverkleurige stuiver zonder jaartal en een briefje van mijn opa en oma met het gouden tientje dat zij aan hun drie petekinderen, waaronder ik, hebben nagelaten voor tijden van nood!

Jan en ik liepen de schitterende weg langs en over het beekje naar de waterval, maar aan het einde moest je een meter of twintig zwemmen om hem te kunnen zien. Het water was ijskoud en we hadden geen handdoeken of zwembroeken meegenomen, ik had zelfs geen onderbroek onder mijn korte broek aan, dus dat ging niet door. Ik mocht wel twee vrouwen van achteren fotograferen die wel te water gingen. Maar het was zo’n mooie tocht geweest dat we het niet erg vonden. Wehadden wel nog een steile trap op gekund en daarna een afdaling kunnen maken en dan hadden we de waterval toch kunnen zien, maar daar zagen we van af.

Er waren trouwens aardig wat toeristen, en de voertaal was Nederlands, dat vond ik wel frappant gezien die Nederlandse rijksdaalder die ik daar ooit vond.

Groetjes

rené

Dit kerkje staat vrij aan het begin van de beekwandeling.