Mijn tuin komt op gang

Afgelopen woensdag voor het eerst sinds 19 februari weer eens naar mijn tuin geweest. Om twee redenen: ik miste hem natuurlijk, wilde weten hoe hij er voor stond, én ik vond dat ik wel weer eens eten voor de vogeltjes mocht ophangen.

Op de pont zag ik dat de IJ-boulevard achter het C.S. klaar was, had ik natuurlijk nog niet gezien, zag er mooi uit. Toen ik halverwege was dacht ik dat het misschien toch niet zo’n goed idee was geweest om dit te doen vanwege mijn bronchitis. Maar besloot toch maar door te fietsen, met één handschoen constant voor mijn neus en mond, dat scheelde wel.

Mijn tuin bleek ondanks het koude weer toch al lente-achtige verschijnselen te vertonen, zie foto’s. Maar het allerleukst vond ik toch dat mijn vaste roodborstje zich meteen liet zien. Die wordt steeds minder schuw omdat hij me herkent denk ik, en weet dat als ik kom er weer wat te eten is. Ik kon gewoon niet ophouden hem te fotograferen en moest me voor dit blog inhouden: ik plaats er “maar” vijf!

Groetjes

rené

Die mug zag ik pas thuis.
Wolfsmelk
Fotinia
Hortensia
Een van mijn “trotsen”: lavatera eigen kweek, van een zaadje van de lavatera van Jan, en door de zachte winter groen gebleven.
De dame links was constant bezig de rechter heer te versieren.
Ze zat steeds met haar kont omhoog, maar de heer hapte niet toe. Meestal zie je juist dat de mannetjes rond de vrouwtjes paraderen, dus dit is echt atypisch gedrag. Ik kreeg het idee dat dat kwam omdat ik het vermoeden had dat ze broer en zus waren. Ik had namelijk in mijn tuin een duivennest afgelopen jaar en daar kwamen twee jonkies vandaan. En aangezien ik steeds (waarschijnlijk) dezelfde duiven zie in mijn tuin……
Tulpenbladeren
De knoppen van perenbladeren. Van twee perenbomen van de 1 miljoen die gratis ter beschikking waren gesteld door een kweker die ze niet meer kon verkopen omdat hij ze niet kon vervoeren vanwege corona.
Rozenstruik, die staat er al sinds het begin dat ik deze tuin heb, 1999, nog van de vorige eigenares.
Ja nog maar een keertje.